7 februari 2023

1e verplichte verhuurdersvergunning gaat onderuit bij de rechter

Categorie: Bestuursrecht, Vergunningen

Verhuurders kunnen opgelucht ademhalen. De 1e verplichte verhuurdersvergunning in Nederland is door de rechter vernietigd. De gemeente Schiedam had de regelgeving daarvoor niet op orde en mocht ook niet direct naar het zwaarste middel grijpen. Daar gaven de feiten in de zaak tegen onze cliënt immers geen aanleiding voor.

Te vergaande inbreuk op rechten verhuurder

De rechtbank benadrukt in de uitspraak van 3 februari 2023 drie belangrijke aspecten die relevant zijn wanneer de gemeente een vergunningplicht oplegt aan en verhuurder. Dat is in de eerste plaats de bescherming van het recht eigendom (de panden die verhuurd worden) dat is geregeld in art. 1 Eerste Protocol van het Evrm.  Daarnaast geeft art. 8 Evrm het grondrecht op respect voor een prive- en familieleven, en dus de rechten van de eigenaar op het gebruik van zijn vastgoed, zonder onnodige overheidsbemoeienis. De uitoefening van die rechten is weliswaar niet onbeperkt, overweegt de rechter, maar aan de bescherming van die eigenaarsrechten komt gelet op art. 8 Evrm groot gewicht toe.

Vergunningplicht verhuurder is laatste redmiddel

Ook verwijst de rechtbank naar het evenredigheidsbeginsel, in die zin dat de verhuurdersvergunning een ultimum remedium is. Dat betekent dat dit middel niet direct ingezet mag worden indien minder zware maatregelen zoals een waarschuwing of bestuurlijke boetes mogelijk zijn. De rechter stel vast dat in deze zaak veel te snel naar het zwaarste middel is gegrepen. Binnen 1 maand na het opleggen van een bestuurlijke boete werd de verhuurdersvergunning al aangezegd. En die boete werd ook nog eens vernietigd door de rechter.

Verklaringen in gebrekkig Engels zijn onvoldoende bewijs

Ook is de rechter kritisch over verklaringen die de toezichthouders hebben opgenomen van huurders die de Nederlandse taal niet machtig zijn. Terwijl ook geen tolk aanwezig was. Niet is vastgesteld door de toezichthouders in hoeverre deze personen de Engelse taal voldoende machtig zijn om zich goed uit te drukken. Het is daarom niet uitgesloten dat aan die verklaringen een onjuiste uitleg is gegeven, aldus de rechter. De verklaringen worden daarom met een korrel zout genomen.

Gemeente was niet bevoegd verhuurdersvergunning op te leggen

Per saldo wordt geconcludeerd dat de gemeente niet heeft aangetoond dat sprake is van omstandigheden van structurele en excessieve aan die een vergunningplicht rechtvaardigen. Ook de eerste boete die de gemeente had opgelegd is in een uitspraak van dezelfde datum vernietigd. De reden daarvoor was dat de woning in kwestie in de vrije sector valt en het geen woning van een woningcorporatie betreft. Daarom ontbrak de bevoegdheid van de gemeente om handhavend op te treden tegen een huurder die geen huisvestingsvergunning heeft. Dat had de gemeente over het hoofd gezien.