25 januari 2013

Advisering bij renteswaps; zorgplicht van banken bij renteswaps

Categorie: Renteswaps

Een renteswap is een derivaat. In beginsel is een renteswap bedoeld om renterisico’s af te dekken (dit wordt ook wel “hedging” genoemd).

Echter, het kan ook een speculatief element bevatten. Vaak is het niet zo geadviseerd door de betreffende bank, maar realiteit is dat de waarde van een renteswap op dagelijkse basis schommelt.

Het is namelijk meestal een langlopende verplichting (vaak 10 jaar of meer) waarin een variabele renteverplichting wordt geruild tegen een vaste renteverplichting.

De waarde van een renteswap is gebaseerd op de ontwikkeling van de rentestand en de looptijd. Het is daarbij goed voor ogen te houden dat de renteswap een apart product is van de financiering.

Bij een renteswap worden die rentebetalingen geruild en gebaseerd op een denkbeeldige hoofdsom.

Mismatch bij renteswap

Het is belangrijk voor het te lopen risico wat de hoogte is van deze hoofdsom en het verloop daarvan.

Indien de hoofdsom van de renteswap namelijk hoger ligt dan de afgesloten financiering, neemt het risico voor de klant toe.

Bovendien geldt dat in feite rente wordt betaald, waar geen financiering tegenover staat (er is een “mismatch”).

Het komt ook voor dat banken hebben geadviseerd voor een renteswap voor de toekomst af te sluiten, bijvoorbeeld omdat de verwachting was dat financiering in de toekomst benodigd was.

Te denken valt bijvoorbeeld aan uitbreiding van bedrijfsactiviteiten, aankoop van vastgoed of andere investeringen/toekomstplannen.

Vaak is het de bank die de renteswap dan ook adviseert, waarbij de afnemer van de renteswap voor de financiering afhankelijk is van de bank.

Op het moment dat de financiering niet wordt verstrekt bestaat wel de verplichting onder de renteswap (en moet er dus wel betaald worden).

Het is van groot belang te realiseren dat de renteswap – zoals gezegd – een waarde heeft.

In de meest voorkomende renteswap is het zo dat de cliënte vaste rente over de hoofdsom van de renteswap betaalt en ontvangt zij de variabele rente over diezelfde hoofdsom van de bank.

Daar staat tegenover dat de klant de variabele rente (vaak met een opslag) over de lening betaalt die bij de bank is afgesloten. Per saldo blijft dan over dat de klant een vaste rente met opslag betaalt.

Op het moment dat de variabele rente dan daalt, ontwikkelt de waarde van de renteswap zich negatief. In principe kan die negatieve waarde haast limietloos oplopen.

Obligolimiet bij renteswap

Daarom wordt vaak bepaald dat er een bepaald obligolimiet is. Dit wordt door banken verschillende genoemd, maar het is bedoeld om een grens te stellen aan het risico dat gelopen wordt.

Daar waar de obligolimiet wordt bereikt, heeft de bank de wettelijke plicht om actie te ondernemen. Daarvoor zijn verschillende mogelijkheden.

De bank kan voorstellen dat de obligolimiet wordt verhoogd, dat de klant aanvullende zekerheden stelt of dat renteswaps worden beëindigd (unwinden).

Het is belangrijk op te merken dat op een moment dat er geen keuze wordt gemaakt, de bank de wettelijke plicht heeft om de renteswaps (eventueel zelfs tegen de wil van de klant) te sluiten.

Een dergelijk overschrijding van het obligolimiet mag niet te lang duren. Uit de Wet vloeit voort dat na vijf werkdagen na overschrijding, de bank over dient te gaan tot sluiting (unwinding).

De klant loopt dus met een renteswap een groot risico. Bovendien wordt de klant bij haar ondernemingsbeslissingen afhankelijk van de negatieve waarde van de renteswap.

Op een moment dat de financiering wordt beëindigd, zal ook de renteswap worden beëindigd, dit met (op dit moment waarschijnlijk) realisatie van negatieve marktwaarde.

Het kan echter ook zo zijn dat de rentestand zich gunstig ontwikkelt en dat de waarde van de renteswap aldus stijgt.

Hoewel veel banken de renteswap niet als zodanig hebben geadviseerd, is het wel een realiteit dat de waarde ook positief kan zijn.

Renteswap als speculatief product

Daarmee kan het gezien worden als een speculatief product, wat erg afhankelijk is van de rentestand. Die risico’s nemen toe op een moment dat de hoofdsom van de renteswap hoger is dan de financiering. De advisering van renteswaps is daarmee maatwerk. Enerzijds voor wat betreft de informatie over de risico’s en het feit dat het een langlopende verplichting is (waar financiering tegenover moet staan) en anderzijds omdat de betreffende klant goed geïnformeerd moet worden over de specifieke kenmerken en risico’s van renteswaps.