Bedrijfssluiting is een zeer vergaande maatregel. Sluiting wordt vaak te snel toegepast met ernstige schade als gevolg. Daarom is het zinvol tijdig een advocaat te raadplegen over uw rechtspositie. In het voorbeeld dat ik hieronder bespreek kunt u zien dat het som nodig en zinvol is om naar de rechter te stappen. Het bedrijf dat de burgemeester wilde sluiten kreeg uiteindelijk schadevergoeding.
Voorbeeld van onterechte sluiting door burgemeester
Op 12 november 2010 heeft de gemeente besloten de opslagruimte van het bedrijf (in milieuwetgeving de de inrichting genoemd) per direct te sluiten, welk besluit schriftelijk is bevestigd bij brief van 18 november 2010 gericht aan de onderneming. Als reden voor de sluiting is vermeld het opslaan van (gevaarlijke) afvalstoffen zonder omgevingsvergunning en de vrees dat deze stoffen onrechtmatig verwijderd zullen worden. De onderneming heeft tegen het sluitingsbevel van de gemeente bezwaar aangetekend en gesteld: uit deze resultaten blijkt dat er slechts sprake is van een additief welke voldoet aan de criteria van bouwstof uit het besluit bodemkwaliteit. Er is derhalve geen sprake van opslag van gevaarlijke stoffen. De resultaten van de monsterneming bevestigen de stelling dat er nimmer sprake is geweest van opslag van (gevaarlijke) afvalstoffen op de locatie (…) Hierdoor was er ook geen grondslag voor het toepassen van bestuursdwang tegen het bedrijf. Dit betekent dat het bezwaar gegrond is en het bestreden besluit tot sluiting van het bedrijf herroepen moet worden.
Schade sluiting bedrijf door onderbreking leveranties
In de procedure vorderde het bedrijf in eerste aanleg, een verklaring voor recht dat de Gemeente door de sluiting van de onderneming onrechtmatig heeft gehandeld door de inrichting van het bedrijf te sluiten en dat de Gemeente gehouden is de daaruit voortvloeiende schade begroot op € 14.694.000 te vergoeden. Voorts vorderde MGX een voorziening in de vorm van een betaling van € 2.145.568,80 en de wettelijke rente over deelbedragen hiervan vanaf verschillende tijdstippen. Met betrekking tot de gevorderde schade heeft de rechtbank, kort samengevat, geoordeeld dat de overeenkomst tussen de leverancier het bedrijf een reëel karakter kent, dat tegen deze achtergrond de Gemeente gehouden is om de schade als gevolg van het verbreken van die overeenkomst te vergoeden, dat voorshands slechts een bedrag van € 160.000 toewijsbaar is (de door de onderneming aan de leverancier verschuldigde boetes), dat de toerekenbaarheid van de Gemeente voor de schade in de vorm van gederfde winst zich als voorzienbare schade slechts over een periode van twee jaar uitstrekt, dat nadere bewijslevering noodzakelijk is. Meer over schadevergoeding overheid
Onvoldoende informatie gemeente bij besluit sluiting inrichting voor eigen risico
De voorbereiding van sluiting van het bedrijf door de gemeente omvat mede een onderzoeksplicht die op het bestuursorgaan rust. Het is aan het bestuursorgaan om het relevante bewijsmateriaal bijeen te brengen en zij heeft de bewijslast en in die zin ook het bewijsrisico. Dat er sprake is van een overtreding dient door het bestuursorgaan te worden bewezen. In dit geval staat echter door erkenning van de Gemeente inmiddels vast dat er geen sprake is geweest van een overtreding. Een grote verantwoordelijkheid voor informatieverschaffing berust in beginsel bij de aanvrager van een begunstigende beschikking voor het bedrijf, maar bij ingrijpende besluiten gericht op handhaving zal de burger in beginsel juist niet tegengeworpen kunnen worden dat hij niet tijdig de juiste informatie heeft verschaft, als het bestuursorgaan zonder onevenredige inspanningen de gegevens ook zelf had kunnen achterhalen (vergelijk HR 24 januari 1997, AB 1998, 12, Ridder/Staat).
Bewijslast overheid bij sluiting onderneming wegens overtreding regelgeving
Niet alleen dient het overheidsorgaan de nodige kennis omtrent de relevante feiten en de af te wegen belangen te vergaren, terwijl de bewijslast (als gezegd) bij handhavingsbesluiten (nu deze diep ingrijpen in een bestaande situatie) bij het bestuursorgaan ligt, maar de feiten en omstandigheden die aan een dergelijk besluit ten grondslag liggen moeten bovendien voldoende concreet, objectief en verifieerbaar zijn (vergelijk Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State ECLI:NL:RVS:2013:792). Waar het hier om niet gevaarlijke (afval)stoffen gaat kan in redelijkheid niet worden gezegd dat het bedrijf gehouden was om meer gegevens te verschaffen dan zij heeft gedaan. Van eigen schuld is dan ook naar het oordeel van het hof geen sprake.
Fout besluit gemeente grond voor schadevergoeding
Ook het Gerechtshof in hoger beroep oordeelt dat het besluit van de Gemeente onjuist en daarmee onrechtmatig was. In een dergelijk geval komt aan dat besluit, nu dit is ingetrokken, ook jegens anderen geen formele rechtskracht meer toe. De burgerlijke rechter behoort in een zodanig geval bij de beoordeling van de schadevergoedingsvordering de onjuistheid van dat besluit tot uitgangspunt te nemen (vergelijk HR 8 december 1995, NJ 1997, 163). De rechter dient dan de schade welke het bedrijf heeft geleden door het besluit tot sluiting van de onderneming te begroten en vast te stellen.
Deze uitspraak over aansprakelijkheid van de overheid is te vinden op rechtspraak.nl: Gerechtshof ’s-Hertogenbosch, 14 oktober 2014, ECLI:NL:GHSHE:2014:4219.