2 november 2021

Handhaving door ILT met bestuurlijke boete

Categorie: Bestuursrecht

ILT (Inspectie Leefomgeving en Transport) kan een bestuurlijke boete opleggen als een overtreding wordt geconstateerd. ILT is de toezichthouder op naleving van o.m. regelgeving voor wegtransport. Het Bureau Bestuurlijke Boete van de ILT kan de boete opleggen. De procedure voor een bestuurlijke boete wordt in deze blog beschreven.

Procedure bestuurlijke boete door inspectie ILT

De inspectie zal eerst onderzoek doen of regelgeving wordt nageleefd. Er kan schriftelijk om informatie gevraagd worden. Er kan een inspectie in het bedrijf plaatsvinden. Of controle van voertuigen. De ILT inspectie zal trachten voldoende informatie verzamelen als er verdenking is van een overtreding. In dat proces hoeft de betrokken ondernemer geen medewerking te verlenen zodra sprake is van een verdenking van een overtreding. Lees hier meer over het zwijgrecht. Een ondernemer is niet verplicht mee te werken aan zijn eigen veroordeling. Nadat ILT de nodige gegevens heeft verzameld zal doorgaans een boeterapport opgesteld worden. Dat moet aan de overtreder toegestuurd worden en daar kunt u ook om vragen. Dat boeterapport dient kritische bekeken te worden omdat er regelmatig aannamen en conclusies worden getrokken die wel erg kort door de bocht zijn.

Ook de weergave van de feiten moet goed gecontroleerd worden. Stuur daarom altijd uw commentaar op dit boeterapport aan de toezichthouder. Het boeterapport van ILT is immers de voorbode van het voornemen een bestuurlijke boete op te leggen. Over bezwaar en beroep bij Niwo (de vergunningsinstantie voor wegvervoer) tegen intrekking, schorsing of weigering van een vergunning wegtransport kun je hier meer lezen.

Zienswijze indienen tegen voornemen tot bestuurlijke boete

Indien ILT meent dat een overtreding is begaan die vatbaar is voor een sanctie dan ontvangt de overtreder een schriftelijke kennisgeving van ILT  met de aankondiging dat ILT voornemens is een boete wil opleggen. Het bedrijf dat deze kennisgeving ontvangt kan binnen twee weken reageren door een zienswijze (inhoudelijke reactie) te geven. Gelet op de vele juridische aspecten is het vaak zinvol een advocaat bestuursrecht de zienswijze op te laten stellen teneinde het bestuursorgaan te bewegen af te zien van de boete. ILT beoordeelt als toezichthouder de ingediende zienswijze tegen het voornemen boete op te leggen. Naar aanleiding van de ingediende zienswijze kan ILT besluiten niet tot oplegging van de boete over te gaan of de boete te matigen. Wordt toch de voorgenomen sanctie opgelegd door ILT dan ontvangt het bedrijf een boetebesluit waarin staat dat een boete wordt opgelegd en hoe hoog deze boete is.  Dat wordt het boetebesluit genoemd of de boetebeschikking. Wanneer een boete is opgelegd door de toezichthouder, ontvangt de overtreder van het Centraal Justitieel Incasso Bureau (CJIB) een acceptgiro. Binnen zes weken na de datum van het boetebesluit kan bezwaar aangetekend worden en schorsing van het besluit gevraagd worden voor de duur van het bezwaar of beroep. Over het indienen van een zienswijze lees je hier meer.

Hoogte van de boete is niet evenredig

De hoogte van de opgelegde boete is vaak een issue. De hoogte van de boete met afgestemd zijn op de ernst van de overtreding en de mate waarin deze aan de overtreder kan worden verweten (Raad van State,  9 december 2015, ECLI:NL:RVS:2015:3749). Maar dat is in de praktijk vaak lastig toe te passen voor een toezichtbouder. Bij het bepalen van de hoogte van de boete moet rekening worden gehouden met de omstandigheden waaronder de overtreding is gepleegd. ILT hanteert een boetebeleid, bijvoorbeeld voor de Arbeidstijdenwet en Arbeidstijdenbesluit. Ook indien het beleid als zodanig door de rechter niet onredelijk is beoordeeld, dient de ILT bij de toepassing het boetebeleid in elk geval te beoordelen of die toepassing in overeenstemming is met de hiervoor genoemde eisen die aan de aanwending van de bevoegdheid tot het opleggen van een boete moeten worden gesteld. Indien dat niet het geval is, dient de boete in aanvulling op of in afwijking van het beleid zodanig te worden vastgesteld, dat het bedrag evenredig is. De rechter moet zonder terughoudendheid toetsen of het besluit van ILT met betrekking tot de boete voldoet aan deze eisen en of er dus sprake is van evenredige sanctie. Het kan dus zinvol zijn ook tegen de hoogte van de bestuurlijke boete bezwaar en beroep aan te tekenen.

Opschorting boetebesluit ILT vorderen bij voorzieningenrechter

Het bezwaarschrift  tegen het boetebesluit van ILT heeft geen schorsende werking tenzij dit uit het boetebesluit blijkt. Daarom moet de toezichthouder gevraagd worden de boete op te schorten (of niet in te vorderen) tijdens de lopen bezwaar- of beroepsprocedure. Als ILT dat weigert dan kan een verzoek tot een voorlopige voorziening gedaan worden bij de voorzieningenrechter. Een advocaat bestuursrecht kan voor indiening van het verzoek bij de rechtbank zorgdragen. Tegelijk met het verzoek tot voorlopige voorziening zal dan tevens het bezwaarschrift of het beroepschrift ingediend moeten worden. Voor een voorlopige voorziening is een spoedeisend belang vereist en dat is het geval als de boete betaald dient te worden. Daarvan zal doorgaans sprake zijn indien er (onomkeerbare) schade dreigt zoals continuïteit van de onderneming. Zowel in de bezwaarfase, de beroepsfase (beroep bij de rechtbank, afdeling bestuursrecht) of in hoger beroep (bij de Raad van State of College van Beroep voor het Bedrijfsleven) kan een voorlopige voorziening gevorderd worden, hangende de lopende bezwaarprocedure of beroepsprocedure tegen het besluit.

Beroepsprocedure tegen afwijzing ILT van het bezwaar

Indien het bezwaar wordt afgewezen door ILT en u bent het daar niet mee eens, dan kunt u beroep aantekenen bij de rechtbank, afdeling Bestuursrecht. Eerst in die procedure zal een rechter de zaak beoordelen en dat kan een ander licht op uw zaak werpen. In de beslissing op uw bezwaar staat de rechtbank waar beroep aangetekend kan worden. Beroep aantekenen bij de rechtbank moet uiterlijk binnen 6 weken na de dag waarop de beslissing op bezwaar bekend is gemaakt te rekenen  vanaf de dag na verzending. Voor het aantekenen van beroep bij de rechtbank moet griffierecht betaald worden aan de rechtbank. Uw advocaat kan ook pro forma beroep instellen op nader aan te voeren gronden. Ook in de beroepsprocedure tegen de toezichthouder vindt een mondelinge behandeling plaats bij de bestuursrechter nadat het beroepschrift is ingediend en een verweerschrift namens ILT. U kunt dan met uw advocaat op de zitting bij de rechtbank aanwezig te zijn zodat de rechter u ook vragen kan stellen en u met uw advocaat een andere toelichting kunt geven.

Hoger beroep instellen tegen boetebesluit bij de Raad van State

Indien de rechtbank u niet in het gelijk heeft gesteld dan kan hoger beroep bij de Raad van State ingesteld worden, de hoogste bestuursrechter. Indien u wel in het gelijk bent gesteld kan ILT in hoger beroep gaan. Deze hoger beroepsprocedure is geregeld in de Algemene wet bestuursrecht. Het hoger beroep moet uiterlijk ingediend worden binnen zes weken na datum van de uitspraak van de rechtbank. Dat gebeurt met een beroepschrift waarin de gronden van het hoger beroep geformuleerd worden. Aangezien het hoger beroep vaak over (complexe) juridische onderwerpen gaat, is het raadzaam een advocaat bestuursrecht in te schakelen die het hoger beroep voor u kan behandelen. Het is mogelijk om pro forma hoger beroep in te stellen op later aan te voeren gronden. Doorgaans wordt door de Raad van State een termijn van vier weken gegund om de gronden van het hoger beroep te motiveren. Voor de procedure in hoger beroep is griffierecht verschuldigd (tarieven zijn vermeld op rechtspraak.nl). Uw advocaat kan voor betaling van het griffierecht zorgdragen en zal dat aan u doorbelasten. Lees hier meer over de procedure bij de Raad van State.

Advies over handhaving door inspectie Leefomgeving en Transport

Onze ervaring is dat handhaving door een toezichthouder soms vraagtekens oproept. Dat kan verschillende oorzaken hebben. Vaak is het verhaal van de overtreder in een zienswijze tot uiting gebracht. Daar wordt dan doorgaans weinig aandacht aanbesteed. Vaak staat de hoogte van de boete ik geen verhouding tot de ernst van het feit waar het om gaat. Soms kan een waarschuwing ook volstaan, maar wordt toch gekozen voor een boete. Dan zal meestal bezwaar en beroep logischerwijs aangetekend worden. Het team bestuursrecht van Blenheim adviseert u graag over boetebesluiten. Neemt u gerust vrijblijvend contact op.