21 april 2015

Handhaving milieuovertreding met saneringsbevel

Categorie: Handhaving

In artikel 13 Wet Bodembescherming, waarin voor een ieder die op of in de bodem handelingen verricht, als bedoeld in artikelen 6 tot en met 11 van de wet, een algemene zorgverplichting is neergelegd ten aanzien van het verontreinigen van de bodem. Onderzoek, melding en sanering van na 1 januari 1987 ontstane ernstige en niet ernstige bodemverontreiniging is gereguleerd in de Wet bodembescherming en ook in de voor vergunningen in de plaats tredende algemene maatregelen van bestuur op grond van de Wet milieubeheer. De Wbb en de Wm bevatten ook beide een regeling voor calamiteiten, milieu bedreigende situaties. Uit deze regelingen kunnen saneringsverplichtingen voortvloeien voor een bedrijf dat verontreiniging veroorzaakt.

Bevel tot maatregel bij milieuverontreiniging

Op een bedrijventerrein waar zich verontreiniging bevindt of de directe gevolgen daarvan zich voordoen en hij het terrein tevens in gebruik heeft of heeft gehad in de uitoefening van een bedrijf,, een bevel te geven tot het nemen van tijdelijke beveiligingsmaatregelen. Op grond van artikel 30 lid 1 Wbb dient het bevoegd gezag indien zich ten gevolge van een ongewoon voorval een geval van ernstige bodemverontreiniging voordoet, maatregelen te nemen om de oorzaak van de verontreiniging weg te nemen en de bodem te saneren. Daarbij kan het bevoegd gezag aanwijzingen geven met betrekking tot de wijze waarop de maatregelen moeten worden getroffen.

De overheid moet daarbij het besluit met bevel tot maatregelen om de verontreiniging te beteugelen afstemmen op de minst bezwarende combinatie tussen beveiliging maatregelen en definitieve sanering. Een complicerende factor in het geheel vind ik dat er sprake is van twee bestuursorganen met ieder hun eigen verantwoordelijkheid en de daarbij behorende bevoegdheden.

Saneringsbevel aan eigenaar of veroorzaker verontreiniging

Het saneringsbevel en de zorgplicht noemen de veroorzaker van de verontreiniging als potentieel saneringsplichtige. Eerst dient begunstigingstermijn gesteld te worden door de milieudienst: de maatregelen door de overheid niet worden genomen zonder aan de betrokkene de gelegenheid te hebben geboden om binnen een daartoe te stellen termijn de bodem te saneren. Het saneringsbevel geeft daarnaast de eigenaar en de erfpachter aan als mogelijke geadresseerden. Op deze rust in dat geval een saneringsverplichting. Overigens kan ook aan een beschikking inzake ernst, urgentie en tijdstip ex artikel 37 Wbb (zie lid 3) en aan een saneringsbevel (zie artikel 43 lid 4 Wbb) een verplichting tot het treffen van tijdelijke beveiligingsmaatregelen worden verbonden.

Beleidsregel bij besluit sanering verontreiniging

Door de overheid die een besluit tot bestuursdwang oplegt bij verontreiniging dient te worden gehandeld overeenkomstig de door hem gehanteerde beleidsregels. Voor iedere situatie zal de advocaat bestuursrecht dir een besluit van de overheid beoordeelt dan ook vaststellen welk beleid van toepassing in op het besluit en of het beleid op juiste wijze is toegepast bij de totstandkoming van het besluit. Dus ook bij het beveiligingsbevel en het saneringsbevel.

Voorbeeld handhaving van milieuvoorschriften

Voorbeeld van beleidsregels bij milieuhandhaving is de circulaire “Bepaling saneringstijdstip voor gevallen van ernstige verontreiniging waarvoor sanering urgent is” (Stcrt. 1997, nr. 47). Sommige gemeente hebben terzake handhaving van milieuvoorschriften bevelsbeleid, ook wel een Handhavingsnota. Deze beleidsregels dienen te voldoen aan de criteria van de Algemene wet bestuursrecht, de toepasselijke milieuwetten en beginselen van behoorlijk bestuur. Ook voor kostenverhalen wegens maatregelen die de overheid zelf heeft genomen om verontreiniging te saneren is er beleid zoals de beleidsregel Kostenverhaal ex artikel 75 Wet Bodembescherming. Lees hierover ook: handhaving en gedogen.

Bezwaar en beroep tegen besluit sanering of beveiliging wegens verontreiniging

Gelet op het algemeen belang dat is gediend met handhaving, zal in geval van overtreding van milieuvoorschriften van een wettelijk voorschrift het bestuursorgaan dat bevoegd is om met bestuursdwang of een last onder dwangsom op te treden, in de regel van deze bevoegdheid gebruik moeten maken. Tegen ieder besluit van de overheid, ook van de milieudienst, kan bezwaar en beroep aangetekend worden. Het aangeschreven bedrijf dient dat tijdig en gemotiveerd te doen. Ook tegen een saneringsbevel of bevel tot beveiligingsmaatregelen kan de bezwaar aangetekende worden. Indien echter bestuursdwang wordt opgelegd, bijvoorbeeld een dwangsom dan is het zinvol ook schorsing van het besluit te bewerkstelligen door een voorlopige voorziening te vorderen bij de bestuursrechter. Vraag daarover tijdig advies aan een advocaat bestuursrecht. Indien het aangeschreven bedrijf niet de veroorzaker van de verontreiniging is ligt het voor de hand de veroorzaker te achterhalen en deze aansprakelijk te stellen en indien mogelijk de sanering om diens kosten te laten uitvoeren. In verband met de wettelijke klachtplicht is het belangrijk dit zo spoedig mogelijk te doen.