12 mei 2022

Standstill-periode bij overname franchisenemer

Categorie: Franchiserecht

Inmiddels is de Wet franchise iets meer dan een jaar geleden in werking getreden. Hierdoor is een aantal regels met betrekking tot franchiseovereenkomsten aan het Burgerlijk Wetboek (BW) toegevoegd. Met de Wet franchise beoogde de wetgever remedies te bieden voor de ongelijkheid tussen de franchisegever en de franchisenemer. Een van deze remedies is de standstill-periode. In deze blog wordt een kort overzicht gegeven van relevante artikelen voor de ondernemer uit het Burgerlijk Wetboek en wordt de precontractuele informatieplicht van de franchisegever en de zorgplicht van de franchisenemer kort besproken.

Drie relevante artikelen na de invoering van de Wet franchise

Met de invoering van de Wet franchise bent u als franchisegever verplicht meer informatie te verschaffen aan uw franchisenemer. Wat betreft de standstill-periode zijn de volgende artikelen uit het Burgerlijk Wetboek van belang:

  • Art. 7:913 BW bepaalt welke informatie de franchisegever moet verstrekken zodat de franchisenemer een beslissing kan nemen over de vraag of hij de franchiseovereenkomst wel of niet aangaat.
  • Art. 7:914 BW bepaalt vervolgens dat de periode waarin de franchisenemer bovenstaande informatie dient te ontvangen, minimaal vier weken voor het sluiten van de franchiseovereenkomst behoort te zijn (de standstill-periode). Uit de jurisprudentie is inmiddels gebleken dat deze termijn zeer streng gehandhaafd wordt. Let hier dus goed op! In het tweede lid staat een aantal beperkingen voor de franchisegever tijdens deze standstill-periode. Zo mag u als franchisegever tijdens de standstill-periode de franchiseovereenkomst niet sluiten of wijzigen en mag u de franchisenemer ook niet aanzetten tot het doen van betalingen die verband houden met de franchiseovereenkomst.
  • Art. 7:915 BW zet de onderzoeksplicht van de franchisenemer uiteen. De standstill-periode is volgens de wetgever nodig om aan deze onderzoeksplicht te voldoen.

Precontractuele informatieplicht rust voornamelijk op franchisegever

Tijdens de standstill-periode moeten partijen elkaar tijdig bepaalde informatie verschaffen. Deze verplichting rust vooral op de franchisegever, die verplicht is om de volgende gegevens te verstrekken:

  • Het ontwerp van de franchiseovereenkomst;
  • Een weergave van de te betalen vergoedingen, investeringen en andere financiële bijdragen die de franchisenemer moet afdragen;
  • Informatie over hoe en hoe vaak overleg plaatsvindt tussen de franchisegever en de franchisenemer;
  • De contactgegevens van het vertegenwoordigende orgaan van de franchisenemer;
  • De mate waarin de franchisegever in concurrentie kan treden met de franchisenemer;
  • Informatie over hoe en hoe vaak de franchisenemer kennis kan nemen van de omzetcijfers van de franchisegever;
  • Een inzicht in zijn eigen financiële positie;
  • Financiële gegevens van de beoogde locatie van de franchiseonderneming.

Onderzoeksplicht franchisenemer tijdens standstill-periode

Nadat u de nodige informatie heeft verschaft aan uw franchisenemer, gaat de bedenktermijn (standstill-periode) van vier weken in. Gedurende deze standstill-periode krijgt de franchisenemer de tijd om de verschafte informatie door te nemen. Dit betekent echter niet dat de franchisenemer achterover kan leunen.

Hij is immers verplicht de nodige maatregelen te treffen om te voorkomen dat hij onder invloed van onjuiste veronderstellingen overgaat tot het sluiten van de franchiseovereenkomst. De franchisenemer kan deze maatregelen vormgeven door gedurende de standstill-periode advies te vragen aan een deskundige. Daarnaast heeft hij de mogelijkheid om vragen stellen aan of in overleg te treden met de franchisegever over de beoogde franchiseovereenkomst.

Blenheim adviseert ondernemers in franchisezaken

De advocaten van Blenheim staan zowel Nederlandse als internationale cliënten bij in franchisezaken. Mocht u vragen hebben over bovenstaande informatie, aarzel dan niet om contact met Blenheim op te nemen.