19 februari 2015

Opsplitsing bedrijf sterfhuisconstructie?

Categorie: Faillissementsrecht, Ondernemingsrecht

Een verliesgevende onderneming moet orde op zaken stellen. Als advocaat bij reorganisaties merk ik dat verliesgevende contracten of verlieslatende merken soms te lang doorsudderen. Het exploitatieverlies loopt daardoor op. Een advocaat kan adviseren bij het beëindigen van verliesgevende contracten en bijbehorende reorganisatie. Er zijn meerdere juridisch mogelijkheden exploitatieverlies te beperken of te beëindigen. Opsplitsing van een bedrijf, soms wel ‘sterfhuisconstructie” genoemd is zo’n methode.

Rechtszaak over vraag of verlieslatende merken en contracten in sterfhuisconstructie zitten

De achtergrond deze rechtszaak is dat de verhuurder A meent dat de vennootschapsstructuur van huurder is opgezet als een ‘sterfhuisconstructie’ hetgeen C na opsplitsing van het bedrijf de mogelijkheid biedt om gemakkelijk en zonder enige financiële schade aan de totale keten, verliesgevende contracten en verlieslatende merken failliet te laten gaan of anderszins af te stoten waarbij A als verhuurder het risico loopt aanzienlijke schade te lijden. De zekerheid bij het huurcontract dat de oorspronkelijk hurende vennootschap aan A bood is volledig weggevallen. Als contractant heeft de verhuurder het recht de gevolgen van het opgesplitste bedrijf door de rechter te laten toetsen.

Opsplitsing bedrijf ter beëindiging van exploitatieverlies; reden voor wijziging contract?

A is een belegger in vastgoed. A vordert na reorganisatie van het bedrijf van huurder door opsplitsing van het bedrijf, kort gezegd, wijziging van de bestaande huurovereenkomst, veroordeling van gedaagden tot het verstrekken van een concern-, althans bankgarantie, een verklaring voor recht dat zij een eventueel aan de huurder te restitueren bedrag als gevolg van huurprijsvermindering onder zich mag houden als aanvullende zekerheid en tot slot een hoofdelijke veroordeling van gedaagden tot het betalen van boetebedragen. Zij baseert haar vordering tot wijziging van de huurovereenkomst op artikel 2:334r lid 1 BW, stellende dat dat ongewijzigde voortzetting van de huurovereenkomst – voor wat betreft de overeengekomen zekerheden – naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is.

Splitsing vennootschap of sterfhuisconstructie?

In december 2013 is huurder C afgesplitst in zeven (nieuw op te richten) vennootschappen waarbij C zelf is blijven voortbestaan. Na deze splitsing heeft C haar bedrijfsstructuur aangepast. Delen van het vermogen van C zijn onder algemene titel volgens een splitsingsvoorstel overgedragen aan verschillende verkrijgende vennootschappen, waaronder FH, die een huurverplichting van € 814.492 heeft overgenomen van huurder. De achtergrond deze rechtszaak is dat de verhuurder A meent dat de vennootschapsstructuur is opgezet als een ‘sterfhuisconstructie’ hetgeen C na splitsing de mogelijkheid biedt om gemakkelijk en zonder enige financiële schade aan de totale keten, verlieslatende merken failliet te laten gaan of anderszins af te stoten waarbij A als verhuurder het risico loopt aanzienlijke schade te lijden. De zekerheid die de oorspronkelijk hurende vennootschap aan verhuurder A bood is volledig weggevallen.

Contractant van opgesplitst bedrijf kan ontbinding verliesgevend contract vorderen

Artikel 2:334r BW biedt de splitsende onderneming, de verkrijgende rechtspersoon of de wederpartij de mogelijkheid overeenkomsten te wijzigen of te ontbinden indien deze als gevolg van de splitsing naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid niet ongewijzigd in stand behoren te blijven. De bepaling is afgeleid van artikel 6:258 BW waarin een wijziging of ontbinding van een overeenkomst kan worden gevorderd op grond van onvoorziene omstandigheden. De speciale regel van artikel 2:334r BW betreft evenwel alleen de verandering die ten gevolge van de splitsing van een vennootschap optreedt. Voor een geslaagd beroep op artikel 2:334r BW zal A dienen te voldoen aan de op haar rustende (verzwaarde) plicht om te stellen dat de gevolgen van de opsplitsing van het bedrijf van huurder zó onvoorzien zijn dat dit een wijziging van de huurovereenkomst rechtvaardigt.

Is opsplitsing bedrijf onvoorzien en reden ontbinding contract?

De vraag die daarmee ter beoordeling voorligt, is of de verandering ten gevolge van de splitsing in dit geval zodanig en onvoorzien is, dat ongewijzigde instandhouding van de huurovereenkomst naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid niet kan worden gevergd. Daartoe zal eerst beoordeeld dienen te worden of, en zo ja welk nadeel Alri als gevolg van de splitsing feitelijk leidt. Volgens A bestaat dit nadeel erin dat de zekerheid die de oorspronkelijke hurende vennootschap aan haar bood volledig is weggevallen, alsmede in het verlies van beleggingswaarde van het gehuurde nu de hoedanigheid van de huurder hierop van invloed is. A heeft ter onderbouwing van haar stelling dat er zekerheid is weggevallen aangevoerd dat de bij het aangaan van de huurovereenkomst door de Holding van huurder verstrekte concerngarantie na de splitsing niet langer voldoende zekerheid biedt.

Splitsing bedrijf leidt niet tot benadeling crediteur met contract

Dat de splitsing heeft geleid tot verlies aan beleggingswaarde heeft A, gelet op de gemotiveerde betwisting door het opgesplitste bedrijf van huurder, heeft A in deze rechtszaak niet aannemelijk gemaakt. Nu A ook voor de splitsing geen enkele zekerheid had voor de nakoming van de verplichtingen uit de huurovereenkomst – ook niet voor de verplichting om het gehuurde in oorspronkelijke staat terug te brengen – luidt de slotsom dat niet gezegd kan worden dat de gevolgen van de splitsing zodanig zijn dat ongewijzigde instandhouding van de huurovereenkomst niet kan worden gevergd. Uit deze zaak blijkt dat degene die wijziging van een contract vordert na opsplitsing van een bedrijf overtuigede bewijs moet leveren van benadeling als gevolg van de splitsing. Vraag een gespecialiseerde advocaat advies over de juridische aspecten en mogelijkheden om exploitatieverlies te beperken en verliesgevende contracten te beëindigen.