18 december 2013

Schadevergoeding wegens toezegging ambtenaar

Categorie: Bestuursrecht

Hoge Raad heeft al eens het betoog van een gemeente dat slechts sprake kan zijn van gerechtvaardigd vertrouwen indien de gemeente een uitdrukkelijke toezegging heeft gedaan verworpen omdat die stelling in haar algemeenheid te ver ging. Daaraan werd toegevoegd dat het aankomt op een beoordeling van alle omstandigheden van het geval.

Concrete toezegging ambtenaar en het vertrouwensbeginsel

De bestuursrechtelijke jurisprudentie zit op een enigszins ander spoor. In de meeste gevallen is een concrete toezegging noodzakelijk voor een geslaagd beroep op het vertrouwensbeginsel. De Centrale Raad van Beroep oordeelde dat informatie en mededelingen van de zijde van uitvoeringsorganen niet al te spoedig als bindende uitlatingen mogen worden opgevat. Voor een geslaagd beroep op het vertrouwensbeginsel is in de regel een expliciete, ondubbelzinnige, schriftelijke toezegging van een bestuursorgaan vereist.

Waardevermindering woning door toezegging gemeente

Schade bestaat uit vermindering van de waarde van de woning. Volgens de gedupeerde eisers hebben zij zich bij hun beslissing om de woning te kopen mede laten leiden door het gegeven dat de loods zou worden gesloopt en, nu vaststaat dat dit niet zal gebeuren, achteraf bezien teveel voor de woning betaald. Een ambtenaar naar aanleiding van hun vraag of het klopte dat de loods zou worden afgebroken, hun de overeenkomst met de buurman liet zien met daarin opgenomen de verplichting voor de buurman om de loods te slopen.

Wanprestatie buurman geen grond voor schadeclaim tegen gemeente

Gerechtshof heeft vordering afgewezen: hoezeer ook in zijn algemeenheid van de gemeente als overheidslichaam mag worden verwacht dat zij door haar aangegane overeenkomsten ook naleeft – hetgeen in het licht van de tussen de gemeente en de provincie gemaakte afspraken in dit geval ook inhield dat de gemeente buurman ook aan zijn verplichtingen had moeten houden – kan de enkele overeenkomst tussen de gemeente en buurman niet als een toezegging jegens van eisers worden aangemerkt.” De omstandigheid dat GS een saneringsbijdrage aan de gemeente hebben verstrekt niet kan bijdragen aan de conclusie dat de gemeente bij eisers het vertrouwen heeft gewekt dat de loods zou worden afgebroken.

Parket bij de Hoge Raad, 4 juni 2010 ECLI:NL:PHR:2010:BM1686