6 februari 2020

Vakantieverhuur in Amsterdam verboden

Categorie: Bestuursrecht

Een van die voorwaarden is dat vakantieverhuur van een woning in Amsterdam elke keer voor aanvang van de verhuur bij de gemeente moet worden gemeld. Als aan de meldplicht niet wordt voldaan, dan handhaaft de gemeente met een boete van € 6.000. Aan die meldplicht is sinds de uitspraak van 29 januari 2020 een einde gekomen, maar ook de verhuur aan toeristen mag niet zonder vergunning.

Niet voldaan aan de meldplicht

In de rechtszaak tegen de gemeente Amsterdam had de hoofdbewoner van de woning de vakantieverhuur niet gemeld. Wel voldeed zij aan alle andere voorwaarden voor vakantieverhuur. Zij was bewoner van de verhuurde woning en zij stond ook op het adres van de woning ingeschreven. Ook de 30-dagenregeling stond niet ter discussie. De vraag voor de rechter in deze uitspraak was: mag de gemeente een meldplicht instellen en handhaven op grond van de Huisvestingswet?

Vakantieverhuur is woningonttrekking volgens de rechter

In de uitspraak heeft de Raad van State ten eerste overwogen dat vakantieverhuur altijd woningonttrekking is. Ook als de woning wordt bewoond en daar iemand staat ingeschreven. Of de vakantieverhuur incidenteel plaatsvindt of niet, maakt volgens de hoogste bestuursrechter niet uit. In de Huisvestingsverordening Amsterdam is gebruik gemaakt van de bevoegdheid om een vergunningplicht voor woningonttrekking in te voeren. De gemeente heeft daartoe alle woonruimten in Amsterdam aangewezen. Dat betekent dat alle woonruimten in de stad vergunningplichtig zijn en dat het (tijdelijk) gedogen zoals de gemeente dat via de meldplicht doet, dus niet kan, aldus de rechter

Voorwaarden aan vakantieverhuur in de Huisvestingsverordening niet toegestaan

Met de voorwaarden voor vakantieverhuur heeft de gemeente een uitzondering willen maken op de vergunningplicht voor woningonttrekking. Dat is volgens de Raad van State niet mogelijk. De Huisvestingswet biedt volgens de bestuursrechter geen mogelijkheid voor de gemeente om voorwaarden te stellen waaronder een vergunning voor woningonttrekking niet nodig is. In de uitspraak heeft de Raad van State de voorwaarden voor vakantieverhuur, waaronder de ingevoerde meldplicht, dan ook onverbindend verklaard.

Gevolgen van de uitspraak voor vakantieverhuur

Dat betekent dat de voorwaarden niet meer van toepassing zijn, zodat geen uitzondering meer bestaat op de vergunningplicht voor woningonttrekking. Vakantieverhuur is in de stad nu dus helemaal verboden, zo luidt de rechtspraak op dit moment. Verhuurders die willen blijven verhuren dienen dan ook een vergunning aan te vragen.

Voor degenen die ook een boete hebben gekregen voor het niet voldoen aan de meldplicht én daartegen zijn opgekomen, kunnen de boete aanvechten. Waarschijnlijk mét succes.

Kritiek op de uitspraak: woningonttrekking?

Het is mijns inziens goed dat de rechter de voorwaarden voor vakantieverhuur in de Huisvestingsverordening onverbindend heeft verklaard. De gemeente hanteert een eigen vergunningstelsel voor de aanpak van toeristische verhuur zonder dat die aanpak een adequate grondslag heeft in de wet.

De redenering van de Raad van State dat een dag vakantieverhuur van een woning woningonttrekking oplevert, blijft wat mij betreft vergezocht en is onterecht. Van woningonttrekking is geen sprake als een woning duurzaam wordt bewoond. In dat geval wordt namelijk geen woning aan de woonruimtevoorraad onttrokken. Ook heeft de incidentele vakantieverhuur geen invloed op schaarste op de woningmarkt. Enig verband daartussen ontbreekt.

Als u meer wilt weten over de regels voor vakantieverhuur van woningen volgens de Huisvestingsverordening Amsterdam 2020 en wat de hier besproken uitspraak voor u kan betekenen, neemt u dan gerust contact op.