1 augustus 2016

Voornemen tot het opleggen van een bestuurlijke boete ontvangen?

Categorie: Bestuurlijke boete

De Autoriteit Financiële Markten (“AFM”) is op basis van een aantal wetten – waaronder de Wet op het financieel toezicht (“Wft”) – bevoegd om een bestuurlijke boete dan wel een last onder dwangsom op te leggen aan ondernemingen die de wet overtreden. Voor andere toezichthouders zoals Acm, Dnb, Nvwa of Szw geldt hetzelfde. Hieronder bespreek ik het boetetraject dat Afm kan volgen ingeval van een overtreding.

De Wft regelt het toezicht op de financiële instellingen in Nederland en is op 1 januari 2007 in werking getreden. In de Wft zijn regels geïmplementeerd die rechtstreeks afkomstig zijn van de MiFID richtlijn (voluit: Markets in Financial Instruments Directive). De MiFID richtlijn is een Europese beleggingsrichtlijn die ervoor moet zorgen dat de financiële markten transparanter en efficiënter worden alsmede de bescherming van de beleggers moet vergroten.

Hoe ziet het boetetraject van de AFM eruit?

Allereerst moet er sprake zijn van een overtreding. De AFM heeft een aparte toezichthoudende afdeling die bepaalt of er sprake is (geweest) van een overtreding. Op het moment dat de AFM van oordeel is dat er sprake is (geweest) van een overtreding wordt het dossier overgedragen aan een boetefunctionaris binnen de AFM. Daarbij moet in acht worden genomen dat niet iedere overtreding boetewaardig wordt geacht. Het is een discretionaire bevoegdheid van de AFM om te besluiten het dossier over te dragen aan haar boetefunctionaris.

Op het moment dat het dossier is overgedragen aan de boetefunctionaris, zal de boetefunctionaris allereerst zijn/haar voornemen tot het opleggen van de boete bekendmaken aan de desbetreffende onderneming. Op de bepalingen uit de Wft zijn de regels van de Algemene wet bestuursrecht (“Awb”) van toepassing. Dat betekent dat de aangesproken onderneming haar zienswijze naar voren mag brengen naar aanleiding tot het door de AFM ingediende voornemen van het opleggen van een bestuurlijke boete dan wel het opleggen van een dwangsom. Het is van belang dat voordat de maatregel wordt opgelegd de desbetreffende onderneming wordt gehoord (het horen is verplicht volgens de Awb). Het opleggen van een boete en/of last onder dwangsom kan namelijk verstrekkende gevolgen hebben. De hoogte van de boetes is immers niet gering, maar daarnaast worden de boetes en dwangsommen ook gepubliceerd. Vooral dat laatste, het publiceren van de overtreding, kan verstrekkende gevolgen hebben voor een bedrijf. De publicatie kan onder bepaalde omstandigheden worden tegengehouden. Het is dus uiterst relevant om zorgvuldig te werk te gaan op het moment dat bekend wordt dat de AFM voornemens is om boetes en dwangsommen op te leggen. Het is dus aan te raden om in een zo vroeg mogelijk stadium juridisch advies in te winnen.

Hoe hoog kunnen de bestuurlijke boetes zijn?

De maximale hoogte van de boete kan EUR 4.000.000,00 zijn. De hoogte van de boete wordt bepaald door de AFM en hangt af van de omstandigheden van het geval. Zo wordt er gekeken naar onder meer de mate van verwijtbaarheid, de ernst en de duur, of er sprake is van recidive, of er voordeel is behaald met de overtreding en ook de draagkracht van de onderneming.

Kortom, het is relevant om ervoor te zorgen dat er in zijn geheel geen overtredingen worden gemaakt. Echter, kan het altijd een keer gebeuren. Het is daarom van cruciaal belang om op tijd juridisch advies in te winnen zodat eventuele verdere schade voor uw onderneming kan worden voorkomen. Wij – als financieel recht advocaten – kunnen u daarbij adviseren. Aarzel niet en neem vrijblijvend contact met ons.

https://www.blenheim.nl/bestuursrecht/bestuurlijke-boete