27 december 2016

Wanneer kunt u als schuldeiser het retentierecht inroepen?

Categorie: Contractenrecht

In de handelspraktijk komt het steeds vaker voor dat partijen zich over en weer op het retentierecht beroepen. Maar mag dat altijd zomaar en aan welke voorwaarden is dit recht onderhevig?

De wet beschrijft het retentierecht als volgt:

“het retentierecht is de bevoegdheid die in de bij de wet aangegeven gevallen aan een schuldeiser toekomt, om de nakoming van een verplichting tot afgifte van een zaak aan zijn schuldenaar op te schorten totdat de vordering wordt voldaan.”

Het retentierecht is een ondeelbaar recht in die zin dat de vordering van de retentor in zijn geheel moet worden voldaan wil het retentierecht teniet gaan.

Er gelden drie vereisten waaraan moet worden voldaan wil men een gerechtvaardigd beroep doen op het retentierecht:

  • er dient sprake te zijn van een opeisbare vordering;
  • degene die zich op het retentierecht beroept dient de feitelijke macht over de zaak uit te oefenen;
  • er dient voldoende samenhang te bestaan tussen de opeisbare vordering en de verplichting van de retentor om de zaak weer in de macht van de schuldenaar te brengen.

Opeisbare vordering nodig om retentierecht uit te oefenen

In de regel dient de vordering dus opeisbaar te zijn, let wel hierop zijn een aantal uitzonderingen van toepassing: bijvoorbeeld indien men weet dat de wederpartij zich niet aan haar verplichtingen gaat houden.

Feitelijke macht over de zaak

Indien de schuldenaar het retentierecht op een zaak wil uitoefenen dient de schuldenaar houder van de zaak te zijn, dit betekent dat hij of zijn de feitelijke macht over de zaak dient te hebben.

Samenhang tussen de opeisbare vordering en de verplichting

Uit de wet valt op te maken dat er voldoende samenhang dient te zijn tussen vordering en opschortings-/retentierecht en de samenhang dient de opschorting/retentie te rechtvaardigen. Hoe groter de samenhang hoe eerder het opschortings-/retentierecht de toets van redelijkheid en billijkheid zal halen en gerechtvaardigd zal zijn.

Op grond van de maatstaven van redelijkheid en billijkheid kan de uitoefening van het retentierecht geheel of gedeeltelijk onaanvaardbaar zijn. Dat kan bijvoorbeeld spelen indien de uitoefening van het retentierecht onder de omstandigheden van het geval een disproportionele reactie is op de betalingsachterstand van de zijde van de schuldenaar.

Wat kunnen wij voor u betekenen?

Wij kunnen u adviseren bij de vraag of een beroep op het retentierecht in uw situatie kans van slagen heeft, maar ook in het geval uw wederpartij zich op het retentierecht heeft beroepen. Voor al uw vragen en advies kunt u contact opnemen met één van onze contractenrecht advocaten