Wederom bestuurlijke boete van gemeente Amsterdam onderuit
Categorie: Bestuurlijke boete
Op 25 september 2024 heeft de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in verband met een bestuurlijke boete voor het overtreden van de Huisvestingswet. Wat speelde er in deze zaak?
Een eigenaresse verhuurde een woning in Amsterdam bestaande uit vier bouwlagen en twaalf kamers. Op het adres stonden vijf personen ingeschreven in de basisregistratie personen. In de woning bleken echter acht personen te wonen. Het college van burgemeester en wethouders heeft vervolgens een bestuurlijke boete van € 20.500,00 opgelegd aan de eigenaresse, omdat zij als overtreder een deel van de woning had onttrokken aan de bestemming tot bewoning. Er werden in ieder geval twee kamers niet voor permanent verblijf aangeboden, maar voor kortdurend verblijf van drie maanden.
Is sprake van woningonttrekking?
Hoewel daar niet met zoveel woorden iets over is opgenomen in de uitspraak kwalificeert de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State de eigenaresse wel als overtreder. Vervolgens is de vraag of sprake is van een overtreding. Voor de vraag of sprake is van woningonttrekking is van belang of de woning wordt gebruikt met als doel daar gedurende langere tijd de meeste tijd hoofdverblijf te houden. De Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State oordeelt dat er sprake is van een overtreding. Er werden in ieder geval twee kamers niet gebruikt met als doel om daar gedurende langere tijd de meeste tijd hoofdverblijf te houden. Lees hier tips om een boete voor illegaal woningdelen te voorkomen.
De eigenaresse heeft zich in de procedure ook nog beroepen op het gelijkheidsbeginsel. Het beroep op het gelijkheidsbeginsel slaagt echter niet, omdat volgens de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State geen sprake is van een gelijk geval. Vervolgens komt de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State toe aan het beroep op matiging van de boete.
De rechter toetst of de bestuurlijke boete wel evenredig is
Onder verwijzing naar een eerdere uitspraak geeft de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State aan dat de boetetabel uit de Huisvestingsverordening Amsterdam die ziet op toeristische verhuur/vakantieverhuur (tabel 4 in bijlage 3) onverbindend is verklaard, omdat er onvoldoende wordt gedifferentieerd. In deze kwestie was boetetabel 2 in bijlage 3 van de Huisvestingsverordening Amsterdam 2016 aan de bestuurlijke boete ten grondslag gelegd. De Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State acht in deze uitspraak ook deze boetetabel, voor zover het gaat om het boetebedrag voor woningonttrekking, onverbindend. Er is ook in deze boetetabel onvoldoende gedifferentieerd. Er is op het punt van woningonttrekking bijvoorbeeld geen differentiatie tussen onttrekking met een bedrijfsmatig karakter en onttrekking zonder bedrijfsmatig karakter.
Matiging van de bestuurlijke boete door de rechter
Omdat het algemene niveau van de hoogte van de bestuurlijke boetes als hoog moet worden aangemerkt, klemt het volgens Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State te meer dat er slechts zeer beperkt is gedifferentieerd. De Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State erkent dat het onttrekken van woonruimte aan de woningvoorraad zonder vergunning het opleggen van een boete met voldoende afschrikwekkend effect rechtvaardigt, maar acht het zonder meer altijd opleggen van de hoogste boete niet in redelijke verhouding tot het doel van de bestuurlijke boete. De Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State ziet aanleiding om de bestuurlijke boete flink te matigen tot €10.000,00. De bestuurlijke boete wordt zelfs nog met 10% verminderd vanwege de overschrijding van de redelijke termijn.
Boetestelsel in Amsterdam moet voldoen aan evenredigheidsbeginsel
Opvallend is dat de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State eigenlijk een duidelijke boodschap geeft aan de gemeenteraad van Amsterdam. De gemeenteraad zal aan de slag moeten om een boeteregime vast te stellen dat recht doet aan het evenredigheidsbeginsel. De Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State geeft in deze uitspraak ook alvast mee dat het boeteregime in de Huisvestingsverordening Amsterdam 2020 en Huisvestingsverordening Amsterdam 2024, voor zover het in ieder geval gaat over de bestuurlijke boete voor woningonttrekking, onvoldoende is gedifferentieerd.
Advies over opgelegde bestuurlijke boete
Als u wordt geconfronteerd met een bestuurlijke boete op grond van de Huisvestingswet 2014 en/of een Huisvestingsverordening is het raadzaam om advies in te winnen over de mogelijkheden om de bestuurlijke boete aan te vechten. De recente rechtspraak laat zien dat het aanvechten van dergelijke bestuurlijke boetes kan lonen. Het team Vastgoed & Overheid helpt u graag op weg.