Regels voor aanvraag vergunning
Voor sommige activiteiten is vergunning nodig. En gelukkig is daar niet vaak een advocaat bij nodig. Afhankelijk van de activiteit zijn er wettelijke regels voor het aanvragen en behouden van een vergunning. Algemene regels voor vergunningen staan in de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De regels uit de Awb gelden naast de toepasselijke regelgeving uit de Dienstenwet ook voor dienstenvergunningen, zeg maar alle economische activiteiten. Via een vergunningstelsel kan een bestuursorgaan (gemeente, Ministerie, toezichthouder, etc.) activiteiten of handelingen reguleren die zonder de vergunning niet zijn toegestaan. Er moet wel een dwingende reden van algemeen belang zijn voor zo’n vergunningstelsel.
Besluit vergunning ofwel beschikking
Een vergunning wordt verleend door middel van een besluit van een bestuursorgaan ofwel een begunstigende beschikking (art. 1.3 Awb) met daarin omschreven de activiteiten of handelingen die een bestuursorgaan toestaat, en die zonder deze beschikking niet zijn toegestaan. De termen besluit en beschikking worden in de praktijk van vergunningen door elkaar gebruikt. Het gaat om de schriftelijke toestemming van de bevoegde instantie voor de vergunde activiteit. Om de vergunning te kunnen krijgen is een aanvraag nodig (art. 4:1 Awb). Een te verlenen vergunning naar aanleiding van de aanvraag is een beschikking op aanvraag (art. 4:2 Awb). Bij weigering van de vergunning wordt ia als advocaat vaak gebeld of aar iets aan is te doen.
Procedure voor aanvraag van een vergunning: vergunningstelsel
Een vergunningstelsel wordt gehanteerd als voor het verrichten van de activiteiten of handelingen het geven van algemene normen niet volstaat, maar van geval tot geval de toelaatbaarheid moet worden beoordeeld. Vaak worden aan een vergunning voorschriften verbonden om de vergunde activiteiten of handelingen nader te reguleren. Een vergunning moet worden onderscheiden van een vrijstelling, ontheffing, gedogen e.d. Het resultaat kan wel hetzelfde zijn; de activiteit waar het om gaat wordt geoorloofd of niet, en er worden regels gesteld. Daar is de overheid gelet op de Dienstenrichtlijn echter niet volledig vrij in.
Aanvraag voor zakelijke vergunning: Dienstenrichtlijn en Dienstenwet
Specifiek voor vergunning voor diensten (horeca, evenementen, gokactiviteiten, e.d.) is vanuit de Europese Unie (EU) een richtlijn opgesteld: de Dienstenrichtlijn. De Dienstenrichtlijn heeft als doel het eenvoudiger maken voor dienstverleners om zich in een andere EU-lidstaat te vestigen of daar diensten aan te bieden. Om dat te bereiken moet belemmerende regelgeving verdwijnen en moeten administratieve lasten en hoge kosten voor dienstverleners worden weggenomen. Daarom mogen sinds 2010 alleen eisen en vergunningstelsels voor diensten worden gehanteerd die gerechtvaardigd kunnen worden op grond van dwingende redenen van algemeen belang en die noodzakelijk en redelijk zijn. Die richtlijn is in Nederland overgenomen in de Dienstenwet (zie hoofdstuk Dienstenrichtlijn en Dienstenwet). Aangezien de overheid de regels uit deze wetgeving vaak niet goed toepast zal een advocaat bestuursrecht de overheid hierop kunne aanspreken.
Voorbeelden schaarse vergunningen voor economische activiteiten
Soms wordt naast het vergunningstelsel ook het aantal vergunning beperkt door een maximumbeleid of quotum; dan ontstaan schaarse vergunningen. Daar gelden speciale regels voor. Dit zijn voorbeelden van economische activiteiten waarvoor gemeenten schaarse vergunningen gebruiken, die zijn ontleend aan de rechtspraak en gemeentelijke verordeningen, zijn o.a.:
- de exploitatie van speelautomatenhallen;
- de exploitatie van rondvaartboten;
- het innemen van standplaatsen voor het als ondernemer, bedrijf of instelling bedrijven van ambulante handel in de openbare ruimte;
- het hebben van een verkooppunt voor consumentenvuurwerk als bedoeld in het Vuurwerkbesluit;
- het exploiteren van fietstaxi’s voor personenvervoer;
- de exploitatie van smart-, head- en growshops;
- de exploitatie van coffeeshops;
- de exploitatie van seksbedrijven;
- de exploitatie van Bed&Breakfast en Airbnb verhuur aan toeristen (sommige gemeenten);
- de exploitatie van strandpaviljoens;
- het organiseren van evenementen of collectieve festiviteiten.
- Ik bespreek hieronder voorbeelden van vergunningen waar ik regelmatig vragen over krijg.
Procedure aanvraag omgevingsvergunning
De Wabo onderscheid twee soorten procedures, de regulier en uitgebreide voorbereidingsprocedure Voor beide voorbereidingsprocedure is de basis de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De Wabo geeft vervolgens aanvullingen. De hoofdregel is dat het verlenen, wijzigen of intrekken van een vergunning met de reguliere procedure gaat. Dit is alleen anders als artikel 3.10 van de Wabo zegt dat de uitgebreide procedure van toepassing is.
Een reguliere procedure voor een eenvoudige aanvraag van een omgevingsvergunning, waarbij geen milieutoets en/of flora- en faunatoets is vereist. In geval van deze procedure geldt een “fatale” termijn, de beslistermijn, dit betekent dat een omgevingsvergunning van rechtswege wordt verleend als het bevoegd gezag niet binnen acht weken beslist. Deze procedure mag maximaal met zes weken worden verlengd.
Voor meer complexe bouwplannen is er de uitgebreide procedure, waarin het bevoegd gezag binnen zes maanden een beslissing dient te nemen. Er wordt een ontwerpbesluit ter inzage gelegd. De mogelijkheid bestaat om deze termijn met zes weken te verlengen. Vooral de te beoordelen milieuaspecten vergen vaak een langere behandelingsduur. Van een “fatale” termijn is bij de uitgebreide procedure geen sprake (Bron: www.infomil.nl).
Aanvraag vergunning evenement
Voor het organiseren van een evenement is meestal een evenementenvergunning van de gemeente nodig. Een evenementenkalender wordt door gemeenten vaak gehanteerd om het aantal evenementen te reguleren. Daarmee ontstaan ook schaarse vergunningen voor evenementen. Soms kan een melding volstaan, maar voor serieuze evenementen is een volledige vergunning nodig. Dit kan per gemeente verschillend zijn geregeld. Voor kleine evenementen als een buurtbarbecue, een sponsorloop of wijkfeest kan een melding voldoende zijn, mits het evenement voldoet aan de daaraan gestelde criteria. Voor een evenement kunnen er naast de evenementenvergunning ook andere vergunningen of ontheffingen nodig zijn. Zoals bijvoorbeeld een melding voor het voldoen aan de brandveiligheidsvoorschriften; een omgevingsvergunning strijdig planologisch gebruik; een ontheffing voor de verstrekking van zwak alcoholische dranken, een aanstellingsbesluit voor evenementen verkeersregelaars, een vrijstelling van geluidsnormen, e.d. Ook kunnen er in de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) regels staan voor evenementen die per gemeente kunnen verschillen. De meeste regelgeving is op de website van iedere gemeente te raadplegen.
Aanvraag Drank- en Horecavergunning
Voor verkoop van alcoholhoudende dranken is een drank- en horecavergunning nodig. De Drank- en Horecawet is van toepassing. Ook is daarnaast voor een café, restaurant, sportkantine of een clubhuis vaak een exploitatievergunning nodig. De behandeling van de aanvraag duurt acht weken. Deze termijn kan eenmalig met maximaal zes weken worden verlengd. Het soort horecabedrijf bepaalt welke gegevens de aanvrager moet aanleveren bij de vergunningaanvraag. Er gelden ook inrichtingsvereisten voor het pand waarin een horecabedrijf is gevestigd. Het Activiteitenbesluit is van toepassing en daarin staan onder meer regels over geluid. Horecaondernemers vallen onder de Wet Bibob (Bevordering Integriteitsbeoordelingen door het Openbaar Bestuur). De Bibob-toets is gekoppeld aan de aanvraag voor een exploitatievergunning van de horecagelegenheid.
Stel vrijblijvend je vraag aan vergunningspecialist, advocaat Mark van Weeren.