18 januari 2023

De corporate opportunity nader belicht

Categorie: Corporate Litigation, Ondernemingsrecht

Het komt met enige regelmaat voor dat de belangen van betrokkenen rond een vennootschap uiteenlopen. Hoewel een meningsverschil nooit onoverkomelijk is, dient een bestuurder in ieder geval het belang van de vennootschap voorop te stellen. Zo is het onder meer wettelijk bepaald dat een bestuurder niet mag deelnemen aan zijn bestuurstaken als zijn belang strijdig is met het belang van de vennootschap. Een ander, (nog) niet wettelijk vastgelegd leerstuk over conflicterende belangen is de corporate opportunity doctrine.

Het begrip corporate opportunity

Onder bepaalde omstandigheden kan een bestuurder van een vennootschap in de problemen komen, onder meer als door hem een zogenoemde corporate opportunity aan de vennootschap wordt ontnomen. Een corporate opportunity kan worden gedefinieerd als ‘een mogelijkheid die zich voor de vennootschap voordoet om een transactie aan te gaan of zakelijke activiteiten te ontplooien die passen binnen het kader van haar bedrijfsvoering, en waarvan kenbaar is dat de vennootschap daar een redelijk belang bij heeft of zou kunnen hebben’.

Hier is meestal sprake van wanneer een individuele bestuurder zelf aan de haal gaat met een corporate opportunity. De bestuurder richt dan in privé een nieuwe vennootschap op om de corporate opportunity te ontplooien. Met die actie handelt hij niet in het belang van de vennootschap waar hij bestuurder van is, omdat de baten nu toe zullen komen aan zijn eigen, nieuwe vennootschap. Hij ontneemt op die manier dus een corporate opportunity aan de vennootschap waar hij bestuurder van is.

De corporate opportunity criteria

In een beschikking van de Ondernemingskamer zijn de volgende vier criteria toegepast bij de beoordeling of er sprake is van een corporate opportunity:

  1. vergelijking van missies en de terreinen waarop de ondernemingen zich begeven;
  2. of en in hoeverre de door de vennootschap daadwerkelijk ontplooide activiteiten aansloten bij de activiteiten van de nieuwe onderneming;
  3. of de nieuwe onderneming voordeel trok uit de kennis en ervaring die de bestuurders/aandeelhouders bij de vennootschap hadden opgedaan en
  4. of de vennootschap nadeel ervan ondervond doordat de bestuurders/aandeelhouders energie staken in de nieuwe onderneming.

Een casus bij de Ondernemingskamer

In een recent gewezen beschikking heeft de Ondernemingskamer naar aanleiding van een dergelijk geval nog voorzieningen getroffen en geconcludeerd dat sprake is van gegronde redenen om aan een juist beleid te twijfelen. Bij de beoordeling spelen de bovenstaande criteria nog steeds een rol.

De feiten 

Het ging in deze zaak om twee bestuurders tevens aandeelhouders (hierna: [A] en [B]) van een onderneming genaamd MC International. MC International was op zichzelf weer enig bestuurder van MC Nederland: een onderneming die zich bezighield met de verkoop van gepatenteerd koffieconcentraat. [B] richtte – zonder daarover in overleg te treden met [A] – een nieuwe vennootschap genaamd ‘MC Blends’ op ten behoeve van de ontwikkeling en de verkoop van een nieuw koffieproduct. [A] stelde zich op het standpunt dat [B] met deze oprichting een corporate opportunity ontnam aan de gezamenlijke onderneming van [A] en [B]. Het nieuwe koffieproduct was bovendien bedacht door [A]. Om die reden verzocht [A] namens de vennootschap de Ondernemingskamer om maatregelen te treffen, door [B] te ontslaan als bestuurder en zijn aandelen over te dragen aan een beheerder.

Relevante gezichtspunten bij de beoordeling 

Bij de beoordeling of er sprake is geweest van een corporate opportunity wordt voornamelijk rekening gehouden met de mate van concurrentie tussen de twee vennootschappen. Indien een van de bestuurders een nieuwe onderneming opricht in dezelfde branche van de vennootschap waar hij reeds bestuurder van is, en hij met zijn nieuwe vennootschap ook gelijksoortige activiteiten ontplooit, is het aannemelijk dat een corporate opportunity wordt ontnomen aan de oorspronkelijke vennootschap. Ook wordt het voeren van een overeenkomstige naam van belang geacht. Het gevolg is dat de Ondernemingskamer over kan gaan tot het treffen van maatregelen, bijvoorbeeld in de vorm van het ontslag van de bestuurder. Het is ook mogelijk dat de bestuurder voorts aansprakelijk is jegens de vennootschap wegens de onbehoorlijke vervulling van zijn taak.

De beoordeling van de Ondernemingskamer

De Ondernemingskamer oordeelde dat [B] inderdaad een corporate opportunity ontnam aan MC International. Zij achtte het onder meer van belang dat de naam ‘MC Blends’ en de handelsactiviteiten vergelijkbaar waren met MC International. De OK achtte het dan ook aannemelijk dat derden de twee ondernemingen als concurrenten zouden zien. Door een nieuwe vennootschap op te richten om het koffieproduct te ontwikkelen, heeft [B] dus een corporate opportunity ontnomen aan zowel MC Nederland als MC International. Omdat daardoor gegronde redenen zijn om aan een juist beleid te twijfelen heeft de Ondernemingskamer besloten om onmiddellijke voorzieningen te treffen.

Vragen over corporate opportunities? Neem contact op.

Vraagt u zich af of u te maken hebt met een corporate opportunity, of verdenkt u uw (mede)bestuurder van het aanwenden van een corporate opportunity voor eigen gewin? Neem dan contact op met de ervaren advocaten van Blenheim. Zij voorzien u van gedegen advies.